STCW Training News
Update nr. 7
December 2022
Verklaring ILT over werken in een lagere rang aan boord
Regelmatig worden er problemen ondervonden met de interpretatie van de reikwijdte van vaarbevoegdheden. Mag een hogere rang in een lagere functie varen, als dit niet in zijn/haar vaarbevoegdheid is opgenomen?
Het komt wel eens voor, dat een bemanningslid moet invallen voor een ander, soms in een lagere rang. Het zou dus kunnen, dat een kapitein of Chief Officer moet invallen voor een derde stuurman of een rating. Volgens de strikte interpretatie van het STCW-verdrag zou de invaller niet in deze functie mogen varen als de lagere rang niet op zijn bevoegdheidsbewijs vermeld staat. RBG is hiervoor in overleg gegaan met ILT, waarna zij de ‘verklaring over werken in een lagere rang’ hebben opgesteld. De ILT verklaring is hier te lezen. (Download ILT Statement regarding lower function).
Het komt erop neer dat ILT er geen bezwaar tegen heeft dat een zeevarende die in het bezit is van een CoC Officer in charge of a navigational watch (II/1), Chief Mate (II/2) of Master (II/2) ook mag varen in de functie Rating Deck (II/4) of Rating. Tevens mag een zeevarende met een CoC Chief Engineer (III/3 / III/2), Second Engineer of Officer in charge of an Engineering watch (III/1) varen in de functie van Rating Engine Room (III/4).
Wel benadrukt ILT dat de persoon die dienst doet als Rating of Rating Engine Room op de bemanningslijst moet worden vermeld als Rating of Rating Engine Room en in de praktijk ook de werkzaamheden doet die bij deze functie horen. Opgemerkt dient te worden dat vaartijd in deze functies niet kan worden gebruikt om het CoC van een officier te verlengen of te verhogen.
Neem gerust contact met ons op voor meer advies over dit onderwerp of ondersteuning bij een aanvraag bij Kiwa.